Ik ben niet een lichaam. Ik ben vrij. Want ik blijf wat ik ben, zo schiep God mij.
(196) Ik kan alleen mijzelf maar kruisigen.
Al wat ik doe, doe ik aan mijzelf. Als ik aanval, lijd ik. Maar als ik vergeef, zal verlossing mij worden geschonken.
Ik ben niet een lichaam. Ik ben vrij. Want ik blijf wat ik ben, zo schiep God mij.